Mortaliteit bij mensen met autisme : risicofactoren en aanbevelingen
Chronische ziekte, ongevallen en neveneffecten medicatie zijn volgens een recente studie de belangrijkste voorspellers van vroegtijdig overlijden bij mensen met autisme. Laagdrempelige gezondheidszorg, aandacht voor functionele zelfredzaamheid en stimulans van sociaal engagement worden als essentieel gezien om de risico’s op vroegtijdig overlijden te verminderen.
In het verleden heeft onderzoek aangetoond dat mensen met autisme meer kans hebben op gezondheidsproblemen doorheen de kindertijd, adolescentie en volwassenheid, en dat dit kan leiden tot een verhoogde risico op vroegtijdig overlijden.
Deze studie onderzocht over een periode van twintig jaar bij 406 mensen met autisme een aantal voorspellende factoren. In de periode van twintig jaar stierf 6.4% van de onderzoeksgroep op een gemiddelde leeftijd van 39 jaar. Een overgroot deel (93,6%) was dus nog in leven.
Oorzaken van overlijden waren onder andere chronische condities (zoals kanker en hartziekten), ongevallen (zoals verstikken in voedsel, verdrinking, en onopzettelijke vergiftiging) en complicaties als gevolg van neveneffecten van bepaalde medicatie.
De belangrijkste significante voorspellers bleken de aanwezigheid van beperkingen in de sociale wederkerigheid in de vroege kindertijd en ernstige (functie)beperkingen bij de start van het onderzoek.
De onderzoeksresultaten wijzen op het belang van sociaal engagement en functionele zelfredzaamheid evenals van laagdrempelige toegang tot (autismevriendelijke) gezondheidszorg voor mensen met autisme.
Mortality in individuals with autism spectrum disorder: predictors over a 20-year period / Leann Smith DaWalt, Jinkuk Hong, Jan S. Greenberg et al. (Autism, 28 feb 2019)
